Ontluisterende feiten en cijfers over de vee-industrie en de schade die ze veroorzaakt, stemmen somber. Toch vertelt Gine Zwart van de campagneorganisatie Feedback EU een hoopvol verhaal in haar college bij Hovo Amsterdam aan de VU. ‘Banken en supermarkten kunnen overschakelen zonder hun kernactiviteiten in gevaar te brengen.’
***

Gine Zwart studeerde landbouwhuishoudkunde in Wageningen. Ze werkte op allerlei manieren aan meer rechtvaardigheid. Onder meer bij de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) in Kenia en Zimbabwe in landbouwprogramma’s gericht op vrouwelijke boeren. Bij Oxfam Novib coördineerde onder andere de Internationale Eerlijke Geldwijzer. Nu is ze bestuurder voor Feedback EU, dat klimaat- en voedselmisstanden blootlegt.
***
Na de VS is Nederland al jaren de een-na-grootste landbouwexporteur ter wereld, waarbij vlees en zuivel samen het grootste aandeel van de export vormen. De wetenschap is het erover eens: om klimaatverandering tegen te gaan, moeten we ook wat aan de grootschalige industriële veehouderij doen.

De wereldwijde vleesproductie is enorm. Dagelijks slachten we wereldwijd 202 miljoen dieren, waarvan 1,75 miljoen in Nederland. We hebben hier enorme kippenstallen. Een koeienboer heeft in Nederland meestal hooguit een paar honderd koeien. Buiten Nederland bestaan bedrijven die onvoorstelbaar groot zijn. Het Braziliaanse JBS is de grootste vleesproducent ter wereld, met 70 merken in meer dan 20 landen. Het slacht dagelijks zo’n 77 duizend koeien.
Mega-bedrijven zullen nooit vrijwillig stoppen of minderen
Gine Zwart deelt een interessant inzicht over dit soort mega-bedrijven, waartoe ook ons eigen FrieslandCampina behoort. ‘Ze zullen nooit vrijwillig stoppen of minderen met hun activiteiten. Als ze plantaardige producten op de markt brengen, is dat iets kleins voor erbij. Hun kernactiviteit blijft vlees- of zuivelproductie.’ Saillant: JBS is ook eigenaar van het vegetarische merk Vivera.
Ook met technologische oplossingen om hun uitstoot te verlagen – die in de praktijk nooit erg goed blijken te werken – traineren grote veebedrijven in feite vooral de echte oplossing: de intensieve veehouderij afbouwen. Sterker nog: ‘Deze bedrijven willen juist alleen maar verder groeien. JBS maakte in 2023 bekend dat het inzet op een toename van 70 procent in de mondiale consumptie van dierlijke eiwitten tegen 2050.’
Zoek machtige partijen die wel (enigszins) willen
Het inzicht dat veebedrijven nooit vrijwillig zullen meewerken aan afname van de veeteelt, schept een duidelijk perspectief voor wie wel aan zo’n afname wil werken. Namelijk: richt je niet tot die veebedrijven met je argumenten, rapporten en campagnes. Zoek partijen die wél enigszins bereid kunnen zijn tot meewerken aan zo’n afname. Partijen die onmisbaar zijn voor de vleesindustrie.
Bijna alle ogen zijn gericht op de politiek. Daar worden de regels en voorwaarden gesteld. Journalist Coen van de Ven concludeert in het boek Wantrouwen in de wandelgangen dat er 295 geaccrediteerde journalisten en cameramensen werken rondom de Tweede Kamer. Dat zijn dus die mensen die zich steeds staan te verdringen om fractievoorzitters en ministers op te wachten en hen uitspraken te ontlokken. Die alle debatten volgen en met iedereen in Den Haag banden onderhouden om ieder stapje vooruit en achteruit meteen te kunnen melden. Maar ondertussen zit het hele politieke speelveld, van Den Haag tot EU en ook de Verenigde Naties, vast in de greep van de vlees- en zuivellobby.

Vleeslobby past adviezen en afspraken aan
Feedback EU vermeldt in het rapport Klimaatimpact van het grote geld dat de vlees-en zuivelindustrieën tussen 2014 en 2020 30 miljoen dollar besteedden aan lobbyen in de VS en 18 miljoen dollar aan lobbyen in de EU. Zwart vertelt wat de vleesindustrie met die investeringen bereikt: ‘Op klimaattoppen wemelt het van de lobbyisten. Het lukt ze op zinsniveau de afspraken te laten aanpassen.’ Zelfs bij het IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change), het VN-orgaan waar de hele wereld naar kijkt als het gaat om klimaatwetenschap en de aanpak van klimaatverandering.
Na druk van Brazilië en Argentinië – die sterk worden beïnvloed door lobbyisten van de binnenlandse vleesindustrie – verdween in een IPCC-rapport de tekst dat een ‘verschuiving naar diëten met een hoger aandeel plantaardig eiwit’ in landen met een hoge vleesconsumptie zou leiden tot een aanzienlijke vermindering van de emissies. Ook verdween de passage dat ‘plantaardige diëten de uitstoot van broeikasgassen tot 50% kunnen verminderen in vergelijking met het gemiddelde emissie-intensieve westerse dieet.’
Uit een onderzoek van The Guardian blijkt dat de voedsel- en landbouworganisatie van de VN, de FAO, personeel dat probeerde de negatieve gevolgen van de veeteelt te benadrukken heeft ‘gecensureerd, gesaboteerd, ondermijnd en tot slachtoffer gemaakt.’ Ook de auteurs van het enige FAO-rapport dat wél openlijk de grootschalige veeteelt ter discussie stelde, in 2006 werden tegengewerkt. Dit alles gebeurde onder druk van vlees-, zuivel- en veevoerproducenten en landen met een hoge vleesproductie zoals Brazilië, de VS en Australië.
Zoek de blockers, movers en swingers
De conclusie die Zwart en Feedback EU uit dit soort onverkwikkelijke waarheden trekken: kijk verder dan de politiek. Lobbyisten-voor-de-goede zaak hebben niet de miljoenen die de vleesindustrie tegen hun eigen lobby aan kan gooien, dus ze moeten slim zijn. Bij het richten van hun pijlen gebruiken ze een interessante methode. Ze analyseren de krachtenvelden in een grafiek. Op de X-as staat of een partij of instituut voor of tegen het terugdringen van grootschalige veeteelt is. Op de Y-as staat of ze veel of weinig invloed hebben. Links bovenin komen dan de blockers: partijen die veel invloed hebben en tegen verandering zijn. Die krijg je bijna niet in beweging. Movers willen juist wel en zitten aan de rechterkant van de grafiek. Ze kunnen als voorbeeld dienden voor de swingers: partijen die nog geen duidelijke keuze hebben gemaakt.
Zwart: ‘Het is een heel mooi model, je kunt er veel mee doen. Stel je gaat naar een klimaattop: in welke landen ga je dan je energie stoppen? In landen die swinger zijn, zoals sommige landen in Afrika. En je gebruikt movers als voorbeeld: landen als Duitsland, die als onderdeel van hun strategie tegen klimaatverandering plantaardige diëten promoten en de vleesconsumptie willen verminderen.’
Je kunt in zo’n stakeholders-model landen of politieke partijen uitzetten, maar ook alle betrokken partners van grootschalige veebedrijven. Dan valt op dat banken en supermarkten heel veel invloed hebben. Ze zijn van levensbelang voor de veesector. Ze staan dus hoog op de Y-as ‘invloed’, maar op de X-as ‘voor of tegen’ staan ze zo’n beetje op nul. Ze willen slechts geld verdienen. Maar zij kunnen dat ook zonder de grootschalige vleesindustrie. En ze zijn gevoelig voor reputatieschade. Dat biedt kansen.

Banken voeden de vleesindustrie
Zwart laat in haar college eerst de invloed van de banken zien. Volgens Feedback EU investeerden zij tussen 2015 en 2022 maar liefst 600 miljard dollar in de 55 grootste industriële veebedrijven ter wereld. De Nederlandse banken ING en Rabo staan wereldwijd in de top 10 van banken die het meest investeerden in deze 55 bedrijven.

De drie grootste Nederlandse banken – ING, Rabo en ABN Amro – besteedden tussen 2015 en 2023 minstens 35 miljard dollar aan financiering aan de 55 grootste vee- en diervoerbedrijven ter wereld. Dat strookt niet met Rabo’s belofte er alles aan te doen om zich te houden aan het Parijs-akkoord van maximaal 1,5 graad temperatuurstijging.

Sommige banken laten zien dat het ook anders kan
Langzaam stijgt bij publiek, industrie en overheden het besef dat grootschalige vleesproductie en -consumptie een slecht idee is voor klimaat, gezondheid en voedselzekerheid. China wil zelfs de vleesconsumptie halveren. Maar de banken investeren door, ze vinden dat het aan hun klanten is om te werken aan meer duurzaamheid. Zwart: ‘De Rabobank wil klimaatverandering tegengaan door bijvoorbeeld bankmedewerkers minder te laten vliegen voor hun zakenreizen. Hun investeringen veranderen is een heel ander verhaal.’
En er zijn banken die laten zien dat het ook anders kan. ‘Triodos en ASN bank investeren niet in industriële veeteelt. Onder meer de Volksbank en de Noorse Norges Bank trokken zelfs geld weg uit het grootste veebedrijf JBS.’ Vult een andere bank dat gat probleemloos op? Dat vindt Zwart een flauw argument. ‘Het is een begin. Het kan de aandelenkoersen in de branche laten dalen, de kapitaalkosten hoger maken en de druk tot regulering opvoeren. Industriële veeteelt is maar een klein deel van de portfolio van de banken, ze kunnen er gemakkelijk de banden mee verbreken.’
Race naar de top
Ze vervolgt: ‘Als we de banken stimuleren die het wél goed doen, kan een race to the top ontstaan.’ Helaas gaat dat nog niet zo hard. Van de tientallen cursisten in de collegezaal kent bijna niemand de Eerlijke bankwijzer, laat staan dat ze van bank zouden wisselen. Iets wat volgens Zwart veel makkelijker is dan veel mensen denken.

Toch word ik enthousiast, ik zie kansen. Ik denk weer aan die honderden journalisten die bij de Haagse lift staan te drommen voor een quote van Geert of Caroline. Sommigen denken vast weleens: wat doe ik hier nog, het schiet totaal niet op. Zij kunnen zich misschien met hun microfoons en interviewtalent voor de boardroom van onze banken verschansen. Om daar te vragen of wat er vandaag is besproken de Parijse doelstellingen en meer gelijkheid dichterbij brengt. We leven in een kapitalistische wereld, het grote geld is de baas. Dus als je de macht wilt controleren, moet je óók daar zijn als journalist.
Supermarkten doen alsof ze geen macht hebben
Dan het andere machtsblok met veel invloed in het krachtenveld: de supermarkten. Zwart: ‘Supermarkten ontkennen dat ze veel macht hebben. Ze framen het als onze eigen keuze, maar wij vragen niet om chips of chocolade bij de kassa. Vijf grote supermarktconcerns in Nederland, bepalen wat wij eten.’ Ze hebben de macht om boeren én toeleveranciers te bewegen duurzamer en gezonder voedsel te leveren. En net als voor de banken geldt: ze hoeven alleen hun aandacht te verleggen, hun core business komt niet in gevaar. Want de mensen moeten eten en de supermarkt blijft de makkelijkste plek om dat in te slaan.

Terwijl de race to the top bij banken nog niet zo goed van de grond komt, lukt dat bij supermarkten en producenten beter, zegt Zwart. ‘In de ranglijst Behind the brand streden Unilever en Nestlé steeds om de eerste plaats.’ Zwart was betrokken bij deze ranglijst, die Oxfam opstelde op basis van uitgebreid onderzoek. ‘Nestlé belde ons op als ze opeens van de eerste naar de tweede plaats waren gezakt.’

Minder vlees race en een brief
Feedback EU organiseerde de Minder vlees race om te laten zien wat supermarkten doen om de milieueffecten van vlees- en zuivelproducten die zij verkopen te verminderen. Dit soort campagne is gericht op het publiek. Achter de schermen doet de organisatie ook veel. ‘Met het nieuws dat Plus supermarkten alleen nog biologische melk verkopen en voor dezelfde prijs als andere melk, stappen wij naar Albert Heyn om te vragen wanneer zij dat ook gaan doen.’ Brieven schrijven aan politici en beleidsmakers is ook een belangrijke activiteit. De FAO, de landbouw- en voedselorganisatie van de VN, presenteerde in 2023 een rapport dat meer vleesproductie suggereerde als mogelijkheid om minder broeikasgasemissies te genereren. ‘Het bevatte methodologische fouten. Feedback Global en Feedback EU schreven een open brief aan de FAO, ondertekend door zo’n honderd organisaties en wetenschappers.’
Belangrijk om te ontrafelen wat er gebeurt
Niet dat zoiets meteen tot verbetering leidt. ‘Maar het is belangrijk te ontrafelen wat er allemaal gebeurt en te laten zien dat misstanden en valse claims niet onopgemerkt blijven.’ Er is veel te doen op dat gebied. Zo zei Minister Hermans van Groene groei onlangs dat we het laaghangende fruit nu wel hebben geplukt om te vergroenen. ‘Dat is onzin, er zijn nog heel veel relatief makkelijke maatregelen te nemen om verdere klimaatveranderingen te stoppen’, werpt Zwart tegen.
Feedback Eu onderzocht ook de valse claims van supermarkten en schreef er een rapport over om de supermarkten vervolgens te confronteren met hun greenwashing. De onderzoeksrapporten die Feedback EU schrijft, blijven niet onopgemerkt, weet Zwart: ‘Ze worden besproken in boardrooms van bijvoorbeeld banken.’ Daar moet het gebeuren, vindt ze. ‘Je hoort vaak de uitspraak: verander de wereld, begin bij jezelf. Maar daarmee komen we er niet. We moeten de grote machten en krachten aanpakken.’
Ik schreef verslagen van alle colleges van de cursus De urgentie van een duurzaam voedingspatroon bij Hovo Amsterdam aan de VU. Het openingscollege van organisator Harry Aiking zette de toon. Andere colleges zijn bijvoorbeeld: Biodiversiteit is gratis. Maar het verlies kost nu al miljarden en Insecten in een duurzaam voedselpatroon. Op mijn webpagina Gezond en duurzaam voedsel staan al mijn artikelen over dit onderwerp.